“Samenwerken is ook oplossingen vinden voor vervelende consequenties.”
Tijdens de management presentatie op het jubileumfeest 25 mei, werd de programmamanager voor het Mainportprogramma voorgesteld: Teunis Steenbeek. We vroegen hem naar de doelstellingen van het programma en hoe je komt tot een goede samenwerking.
Vraag: Teunis, wat is het doel van het mainport programma en de achterland pilot?
Antwoord: Beide richten zich op het verbeteren van de lading-keten van/naar/op Schiphol én het verbeteren van de informatie-uitwisseling in deze keten. Daarbij richt het mainport programma zich op generieke oplossing(en) en de achterland pilot is hierbij een goede testcase. In het achterland project probeert KLM met een aantal ketenpartners de roadfeedering vanaf het buitenstation Frankfurt te herontwerpen. Hierbij testen ze in een proof of concept of het nieuwe procesontwerp dat wij met het mainport programma hebben ontwikkeld voor de buitenstations haalbaar is op dit traject. Het mainport programma ondersteunt ondernemende koplopers die met partners nieuwe ketenprocessen willen opzetten. Het programma streeft er hierbij naar dat de oplossingen die in een specifieke keten worden bedacht ook in andere keten toepasbaar zijn.
Ten opzichte van de huidige situatie valt er veel te verbeteren: voor de keten en voor de schakels hierin (o.a. betere voorspelbaarheid, meer flexibiliteit, snellere doorstroom in de keten)
V: Wie is er betrokken bij het mainport programma en de achterland pilot?
A: Het mainport programma is een initiatief van Schiphol, Cargonaut, Douane, KLM en ACN. De achterland pilot wordt door KLM getrokken en wordt uitgevoerd met o.a. Jan de Rijk, Kuehne+Nagel en Swissport Frankfurt. Het mainport programma hoopt nog veel meer ondernemende partijen te kunnen gaan ondersteunen die met hun partners vernieuwende aan- en afvoer ketens willen gaan organiseren.
V: Hoe zorg je er voor dat oplossing straks voor iedereen gaat werken?
A: Het mainport programma moet een generieke blueprint maken, die voor vrijwel alle partijen haalbaar is; de oplossing moet schaalbaar zijn; implementatie zal in stappen gaan en zal qua snelheid per partij kunnen verschillen. Dat is niet erg. De achterlandpilot is een goede testcase.
De oplossing gaat overigens alleen maar werken als partijen er hun voordeel van inzien. Als er voldoende partijen werken in “de nieuwe stijl” en hier baat bij hebben, zal dit een aantrekkende werking hebben op anderen.
V: Aan welke oplossingen werken jullie?
A: Het gaat over nieuwe procesafspraken en over herinrichting van de informatievoorziening. Een voorbeeld van zo’n procesafspraak is het checken van lading zo vroeg mogelijk in de keten. Alleen indien lading en informatie 100% akkoord zijn, dan kan lading in één keer door in de keten, zonder herhaling van dezelfde check
V: Wat is er vernieuwend aan jullie aanpak? Bij eFreight zien we dat een bestaand papieren proces 1-op-1 wordt omgezet in digitale varianten van dezelfde documenten. Hoe kom je hier tot een echt vernieuwende aanpak?
A: Je moet denken vanuit het doel dat je uiteindelijk wilt bereiken: Wat moeten de karakteristieken van de keten dan zijn? En niet denken van het huidige proces en dat hier en daar bijschaven.
V: Wat is je ervaring bij andere soortgelijke trajecten? Wat is er nog om hier echt een succes van te maken?
A: Samenwerken is ook hier een sleutelwoord, maar daar heeft iedereen het over; samenwerken betekent niet alleen een gezamenlijk doel of intentie hebben, maar ook samen een oplossing vinden voor de consequenties; die moeten dus bespreekbaar gemaakt worden.
Het is belangrijk om het succes in stappen te bereiken, dit om het noodzakelijk vertrouwen tussen partijen te laten groeien; dus: een stip aan de horizon en kleine stappen daarnaartoe.
En goede communicatie, ook intern tussen management en operatie blijkt een belangrijke randvoorwaarde. Binnen het proces moet je problemen echt benoemen voordat je ze kunt oplossen.
Dit alles werkt alleen maar als niet alleen de keten er beter van wordt, maar uiteindelijk ook alle individuele schakels.
Juni 2016